Over het onderscheid tussen een consultant en een bedrijfsNar.*

De BedrijfsNar is een consultant zonder boodschap – een aanvuller voor iedereen die hij ontmoet. Als hij spreekt doet hij dat nooit met gezag maar enkel met de kracht van zijn openheid. Hij is een kind van de moderne wereld, want zoals bij de consultant de hiërarchie hoort, zo hoort bij de Bedrijfsnar de egalitaire trek.

Om zover te komen zijn er in het leven zelf 3 stadia waar mensen doorheen gaan. (Nietzsche)

De eerste fase: die van kameel. Die draagt de lasten van andere mensen en wil de wereld verbeteren. Maar door iemand zijn tegenslagen op te vangen maak je diegene zwak en afhankelijk. Als je dat inziet, ontwikkel je jezelf verder, tot de tweede fase, die van de leeuw. Die ziet wel in dat tegenslagen middelen zijn om je te ontwikkelen, en het vecht tegen onrecht. Tot het beseft dat het bang is voor onrecht, en dat het niets accepteert. Recht en onrecht zijn relatieve begrippen en die moet je accepteren; er niet bang voor zijn. Als laatste beland de mens in de fase van het kind. Die is onbevooroordeeld en zonder verwachtingen. Een eeuwig wentelend rad. Het accepteert alles, en is daardoor gelukkig(er), en effectiever, en affectiever, en meer compleet.

Het is ook niet zijn kinderlijkheid in de gangbare zin van het woord: kinderlijk zou men de bereidwilligheid kunnen noemen om in de omgang met anderen het eigen ik niet op de voorgrond te plaatsen, maar zich aan te bieden als aanvuller van de ander.

Praat de consultant nog over resultaten (?), de bron van de bedrijfsnar ligt dichter bij de inspiratie. Inspiratie – inblazing, ingeving, verticale inval van de idee, het plotseling opdoemen van het nieuwe. Het zijn begrippen die ontstaan in een ontmoeting tussen mensen die bereid zijn het onverwachtse te verwelkomen. Nader te bekijken, van alle kanten. Ook van de kant die ongemakkelijk is. Die vreemd is, die soms (vaak?) subjectief is.

Waar de ontmoeting een bezielde ruimte wordt, waarin iets kan gebeuren, dat we nog maar even geleden voor onmogelijk hielden. Het ingangspunt voor de BedrijfsNar is om er te zijn.  En om de ander uit te nodigen er ook ‘in-te-zijn’. In deze subtiele, inspirerende ruimte, in deze sfeer van de ontmoeting ligt de bijdrage van de Bedrijfsnar, en van de aangesprokene zelf, hopelijk ook van de consultant…..

*Mede gebaseerd op de gedachte binnen het boek Sferen van Peter Sloterdijk.