Over de grotere koek en de moeilijke verdeling.

‘Nederland verliest Brexit lobby door bonusbeleid’

‘Vanwege te strikte regels over bonussen in de financiële sector dreigt Nederland 17.000 nieuwe banen en 1 miljard euro aan extra belastinginkomsten mis te lopen die in het verschiet liggen door de Brexit. Daarvoor waarschuwt werkgeversorganisatie VNO-NCW. Voorzitter Hans de Boer heeft de afgelopen maanden samen met het kabinet in alle stilte geprobeerd enkele gerenommeerde banken naar Nederland te halen, waaronder UBS, JP Morgan en RBS. De interesse is er volgens hem wel, maar de bonusregels vormen een struikelblok. Steen des aanstoots is een motie van de PvdA die de regering opdraagt om de strenge bonuswetgeving niet aan te passen of op te rekken om financiële instellingen naar Amsterdam te lokken. Nederlandse financiële instellingen mogen maximaal 20% van het vaste salaris uitkeren als bonus. Elders in Europa is dit 100%’.  (Citaat IEX van 26-6-2017)

Dit laten we toch niet gebeuren.

In mijn eerste boek Liefde in Bedrijf heb ik aandacht gevraagd voor zogenaamde excessieve beloningen. En ik heb daar ook een oplossing voor aangedragen om deze op een heel andere manier toch te accepteren. Daarover straks meer.

Leve het kapitalistische systeem.

Maar in de eerste plaats dit. In onze redelijk succesvolle kapitalistische maatschappij behoort de financiële vergoeding tot een van de vele zegeningen van ons maatschappelijk bestel. Het zal u niet onbekend zijn dat op andere plekken in de wereld vroeger en nu experimenten zijn ondernomen om de vrijheid van geld verdienen te binden aan allerlei regels en maatregelen. Veelal onder de noemer van min of meer socialistische experimenten. Rusland, Cuba, recent Venezuela. Met de beste bedoelingen wordt het geld eerlijk verdeeld. De praktijk is kennelijk weerbarstig want altijd is de verdeling nog schever dan in onze kapitalistische maatschappij. Een kleine toplaag veel, en de grote rest: niets of weinig. Ook China moest bijsturen om hier niet aan ten onder te gaan.

Ik ben dan ook een voorstander van een maximale vrijheid om zoveel mogelijk succes te bereiken als voor eenieder mogelijk is. Zodoende wordt de koek groter en dat is voor het hele land (van arm tot rijk) het allerbeste.

Belastingen doen al veel in een ‘terechte’ nivellering, maar altijd is er de spanning om de creativiteit en het geluk van mensen niet zodanig ‘kapot’ te maken dat creativiteit en gedrevenheid en innovatie verdwijnen, door de gedachte dat alle extra verdiensten zo goed als compleet verdwijnen in de schatkist. Weg motivatie om een grotere koek te creëren.

Samen delen.

Ik heb dus nagedacht over maatregelen, die we zouden kunnen nemen, die de voordelen van het kapitalistische systeem niet om zeep helpen, en toch iets van een meer rechtvaardige verdeling realiseert.

Bovendien zijn we het er meer en meer over eens dat de resultaten van een organisatie niet alleen ontstaat door de top, maar wat we met elkaar doen. Hoe groot of klein de organisatie ook is; het succes is afhankelijk van de samenwerking tussen alle partijen/personen/teams in de organisatie. De weerstand tegen overdreven beloningen in de organisatie zijn dan ook begrijpelijk. En dit kan gaan over extreme beloningen bij sommige functies en over extreme beloningen aan de top. De top dient zich goed te realiseren wat op de lange termijn het effect is van deze extreme financiële tegemoetkomingen.  In een dienstverlenende maatschappij als Nederland zijn extreme verschillen niet te verantwoorden, ook al zijn deze salarissen in internationaal verband begrijpelijk.

Het loongebouw

Ik doe een poging een bijdrage te leveren aan de discussie over beloning binnen organisaties en met name binnen de top. We zouden een bepaalde factor kunnen bepalen, waarin het verschil is vastgelegd tussen het ‘laagste’ en het ‘hoogste’ salaris. Deze factor kan op basis van nadere kennis en/of onderzoek worden aangepast aan de wisselende omstandigheden van de organisatie, maar kan een vastgestelde grens (zie volgend voorbeeld) niet overschrijden, wel onderschrijden.

Het grappige van een dergelijke factor is natuurlijk dat als de top meer wil verdienen, dat men dan eerst de laagstbetaalde normen dient te verhogen.

Organisaties met … personeel                       factor

1-2                                                                     5
3-10                                                                  7
10-100                                                            12
100-500                                                         19
500-1000                                                      31
1000-5000                                                   50
>5000                                                            81

(Factor is de vermenigvuldiging van het salaris van de laagstbetaalde fulltime medewerker, als maximum voor de meest verdienende fulltime medewerker (meestal de hoogste manager)).

Leve de cultuur

Als het door internationale aspecten of marktomstandigheden nodig is om hogere salarissen en/of bonussen te verstrekken, dan is het aan degene die dit ontvangt om minstens 50% van het surplus openbaar te schenken aan een maatschappelijke en/of culturele bestemming. Deze schenking geschied volledig in het openbaar, en de ontvangende organisatie is dus volledig vrij om de schenker uitgebreid te bedanken voor de gift. Op een dergelijke manier worden alle culturele instellingen voorstander van excessieve beloningen. En de gevers worden maatschappelijk erkend en gewaardeerd, in plaats van gezien te worden als ‘graaiers’. Een belangrijk aspect is de openbaarheid en het ‘Dank-je-wel’.

In de USA zijn dergelijke schenking aan culturele doelen min of meer gebruikelijk. De culturele organisaties worden daar ook meer door private gelden gesteund dan hier.

Dus kom op Tweede Kamer en ook de PvdA. We gaan voor 17.000 nieuwe banen, we gaan voor 1 miljard belastingopbrengsten en we gaan voor meer geld naar de cultuur. Wie kan daar op tegen zijn! Ja, wie eigenlijk. En deze blog graag doorsturen aan de politiek. In alle gevallen bedankt!